Plaats op een locatie waar dagelijks minimaal vijf uur direct zonlicht binnenvalt. Gebruik bij voorkeur een raam op het zuiden of westen. Bescherm tegen bladverbranding bij zeer felle middagzon door het licht te filteren met een lichtdoorlatend gordijn. Houd voldoende afstand tot het raam om hittebeschadiging van het blad te voorkomen.

Houd de potgrond constant licht vochtig zonder dat deze te nat wordt. Geef water zodra de bovenste één tot twee centimeter van de grond begint op te drogen. Gebruik een binnenpot met drainagegaten en laat overtollig water altijd weglopen om wortelrot te voorkomen. Controleer regelmatig of de grond gelijkmatig vochtig
blijft, vooral in warme of droge omstandigheden.

Voeg tijdens de lente- en zomermaanden elke twee weken voeding (maart t/m augustus). Gebruik vloeibare plantenvoeding en volg de doseringsinstructies nauwkeurig zoals vermeld staat op de verpakking.

Gebruik om de twee jaar een iets grotere pot om de wortels voldoende groeiruimte te geven. Kies altijd een binnenpot die minimaal 20% groter is dan de vorige, zodat de wortels zich goed kunnen ontwikkelen. Gebruik een luchtige, goed drainerende potgrond die past bij de plantensoort. Verpot bij voorkeur in het voorjaar, wanneer de groeifase begint. Controleer de wortels op gezondheid en verwijder dode of rotte delen. Geef na het verpotten matig water en plaats de plant tijdelijk op een iets lichtere standplaats om stress te beperken.